De meldingen van ziekteverzuim veroorzaakt door een burnout, en de verzuimduur nemen de laatste tijd relatief toe, in verhouding tot het totale ziekteverzuim. Het aantal ligt nu ongeveer op 10% van de beroepsbevolking.
In mijn praktijk kom ik het regelmatig tegen dat de zieke medewerker aan zijn lot over wordt gelaten en geen idee heeft wat hij moet doen in deze situatie. Logisch, zou je zeggen, dit overkomt je niet dagelijks. En gelukkig maar. Maar ik merk helaas ook dat werkgevers niet altijd de begeleiding bieden die hier nodig is, en zelfs verplicht is! Dikwijls komt dit door onwetendheid, omdat ze nog nooit eerder met dit bijltje gehakt hebben, of omdat het een kleine organisatie betreft waar geen officiële P&O-afdeling is die deze zaken regelt.
Vaak zorgt dit bij de zieke werknemer voor nog meer stress en spanningen; iets wat ze er op dat moment niet bij kunnen hebben. En voor de werkgever kan het niet navolgen van de regels leiden tot boetes, langer verzuim en dus hogere kosten. Voor alle partijen geen wenselijke situatie dus.
Zorg er daarom voor dat je ook als werknemer weet wat je kunt en moet doen als je ziek thuis komt te zitten!
Hier volgen 7 tips als je burnout bent geraakt:
1) Weet wat je rechten en plichten zijn bij ziekte zodat je sterker staat in gesprekken met je werkgever; lees de Wet Verbetering Poortwachter na.
De Wet Verbetering Poortwachter heeft betrekking op regels waaraan werkgevers en werknemers zich moeten houden bij langdurig ziekteverzuim. Meer informatie kun je vinden op de site van het
Ministerie van SZW of bij
FNV Bondgenoten.
2) Ga als eerste naar je huisarts. Laat een diagnose stellen en je adviseren over je ziektebeeld en herstel. Omdat de bedrijfs- of Arboarts in opdracht van de werkgever werkt, kan hij in mijn optiek nooit helemaal objectief zijn. Een huisarts heeft deze ‘dubbelrol’ niet en is in principe wel objectief. Het advies van je huisarts kun je meenemen als je bij de volgende stap terechtkomt bij de bedrijfs- of arboarts.
3) Maak een afspraak met de bedrijfs- of arboarts. Indien je nog niet opgeroepen bent door je bedrijfs- of arboarts, maak dan zelf een afspraak. Hij kent de procedures en kan al je vragen beantwoorden. Daarnaast zal hij op basis van zijn diagnose samen met jou een zogenaamd Plan van Aanpak opstellen (als vastgesteld in de Wet Verbetering Poortwachter), wat ook als advies dient over jouw herstel richting je werkgever.
4) Zorg ervoor dat je professionele begeleiding krijgt bij je herstelproces. Een burnout ontstaat niet zomaar en het is ook niet met een pilletje op te lossen. Misschien kan het in sommige gevallen verlichting geven op korte termijn, maar uiteindelijk zullen de oorzaken aangepakt moeten worden. Mensen met burnout moeten inzicht krijgen in hun eigen karakterstructuur, zich leren ontspannen en hun grenzen stellen. Dan pas kunnen ze stappen nemen om hun werk en hun leven anders in te richten en zichzelf serieus te nemen. Kaart de behoefte aan een burnoutcoach aan bij je werkgever en bedrijfsarts. Je werkgever is verantwoordelijk voor jouw re-integratie en is dan ook verplicht om daar de nodige inspanningen voor te verrichten.
5) Blijf in gesprek met je werkgever, of dit nu iemand van P&O is of je eigen leidinggevende. Houd de lijntjes open zodat zaken besproken kunnen worden, én de drempel om straks terug te keren minder hoog wordt. Zorg er wel voor dat jíj bepaalt wat goed voor jou is op dit moment; vind je het niet fijn dat je iedere dag door je leidinggevende wordt gebeld? Geef dit dan aan en spreek bijvoorbeeld af dat je eens per week of 2 weken zelf even belt om te laten weten hoe het met je gaat. Je kunt dit ook bespreken met je bedrijfsarts, vaak speelt hij hier ook een bemiddelende en adviserende rol in.
6) Schakel een neutraal tussenpersoon in. Bijna altijd spelen niet alleen gezondheidsaspecten een rol, maar ook aspecten die te maken hebben met motivatie, communicatie en sociale interactie op de werkvloer. Het blijkt dat de omstandigheden op het werk die een rol speelden bij het ontstaan van de burnout vaak niet grondig genoeg worden aangepakt. Er wordt bijvoorbeeld wel gesproken over het omgaan met toegenomen werkdruk, nieuwe taken of functie-eisen. Maar niet over onuitgesproken wrijving met collega’s of je manager, ontstaan door verschil van inzicht of miscommunicatie. Het is niet altijd gemakkelijk om deze zelf aan te kaarten, maar met behulp van een objectieve ‘bemiddelaar’ gaat dit vaak makkelijker. Vaak kan iemand van P&O hiervoor fungeren, en in het geval van moeizame verhoudingen kan er een neutrale mediator ingeschakeld worden die hierin gespecialiseerd is.
7) Neem geen ontslag! Als het niet goed meer gaat op je werk dan is vaak een eerste reactie: Ik wil daar weg! Echter, als je burnout bent dan is dat meestal niet de beste oplossing. Ten eerste sta je dan zonder inkomen op straat, ten tweede ben je in zo’n situatie vaak niet in staat om helder na te denken en belangrijke beslissingen te nemen. En ten derde ben je dan niet in de beste vorm om te solliciteren naar een andere baan. Zorg ervoor dat je eerst volledig hersteld bent voordat je hier beslissingen over neemt. Uit ervaring weet ik dat de wereld er weer heel anders uit ziet als je weer goed in je vel zit! En mocht tijdens of na je re-integratie alsnog blijken dat je huidige werk niet meer bij je past, dan is dat een goed moment om eens met je werkgever te gaan praten over andere mogelijkheden. Te denken valt aan een andere functie binnen de organisatie, of loopbaanbegeleiding bij het zoeken van een nieuwe, externe werkplek.
***
Bron: “Door Gertrud de Witte – Esenzia Coaching & Vitaliteit. Ga naar www.esenzia.nl voor het aanvragen van het gratis E-boek ‘Doe de AssertiviteitsCheck!’“